Geloof en een hoop liefde

‘Alleen geloof, hoop en liefde zullen blijven. De grootste van deze drie is de liefde.’

Geloof en een hoop liefde

U herkent in deze titel ongetwijfeld de naam van een televisieprogramma dat ooit werd uitgezonden. Ik heb dat programma nooit gezien, maar de titel ervan heeft mij altijd getroffen. Die komt namelijk uit de Bijbel, uit een brief van Paulus. Paulus heeft het daar over de liefde: ‘als je de liefde niet hebt, kun je van alles en nog wat zijn, maar uiteindelijk ben je dan niets.’ Die woorden worden vaak gelezen bij een huwelijksviering. En dan eindigt Paulus zó: ‘Alles zal vergaan, alleen geloof, hoop en liefde zullen blijven, deze drie. En de grootste daarvan is de liefde.’ Waarom eigenlijk deze drie? Ze worden ‘theologale deugden’ genoemd. Het zijn drie levenshoudingen waardoor je je leven zet op het spoor van God. Daarom vormen ook déze drie een eenheid.

Geloof
God is onzichtbaar. ‘Niemand heeft Hem ooit gezien’, staat er in de Bijbel. Daarmee wordt niet bedoeld dat Hij zou zijn gemaakt van een soort stof waarvoor wij, mensen op aarde, niet de goede ogen zouden hebben. Er wordt mee bedoeld: wij zien nooit wat de uiteindelijke bedoeling is van alles wat we zien, we zien nooit waar het allemaal om te doen is in het leven, wij doorzien ons leven niet en nooit. Het laatste woord is ons ontzegd. Dat houdt in dat wij dus levenslang het donker in kijken. Niets van alles wat in ons leven het geval is, is God. God is onzichtbaar. Wij kijken het donker in.
Geloven is: met vertrouwen dat donker in durven kijken. We zien vooruit, naar de toekomst. Maar de toekomst is onbekend. Eigenlijk bestaat ze niet, althans nog niet. We kunnen daar niets zien. We kunnen enkel achteruit kijken, naar het verleden. Wanneer we naar de toekomst kijken, doe we dat altijd via de omweg van het verleden. Wat we ooit gezien hébben, zien we vóór ons. En dán is het beangstigend om vooruit te zien. Dan horen we al van de toekomst uit het geluid van al die mensen die nog zullen worden vertrapt en vernederd, van al die mensen wier lot zal worden verpest door de economische en politieke keuzes van anderen. Het is beangstigend om vooruit te zien, naar de ecologische vernietiging van grote stukken van de aarde, en om de gemene verhalen en het vrome bedrog te horen die zullen worden aangevoerd om dat alles goed te praten. Geloven is: erop vertrouwen dat er in de toekomst, ondanks alles, iets ánders te zien zal zijn dan in het verleden het geval was. Waken dus. Waarom? Ooit, in een nacht, vielen de leerlingen van Jezus ‘van droefheid’ in slaap. Jezus was de enige die wakker bleef in de tuin van Getsemani, en híj bewerkte, door in het donker te blijven kijken, de komst van een nieuwe wereld. Enkel kijken?

Hoop
Hopen is een vorm van verzet. Hoop heeft niets te maken met dat soort oppervlakkige optimisme dat naar ‘de zonnige kant van de dingen’ ziet en dat verlangt naar een ‘happy ending.’ Wie hoopt, erkent het duister waarin we nu eenmaal leven moeten, maar verzet zich ertegen door zich in te zetten voor wat onmogelijk lijkt. Wie hoopt, hoort naar het zuchten en kreunen dat heel de schepping doortrekt, hoort naar het verlangen naar een nieuwe hemel en een nieuwe aarde dat daarin kenbaar wordt. Wie hoopt, weet dat dit met God te maken heeft, en dat voor dit alles tenslotte alleen maar gebeden kan worden: ‘uw Rijk kome.’ Alleen God kan het duister tot licht maken, de nacht tot dag. Maar ondertussen wérkt een mens die hoopt aan een betere wereld. Op welke manier?

Liefde
Belangeloze toewending, liefde dus, werkt in het duister: door vriendschap te stichten, door solidariteit, door troost te bieden waar verdriet heerst, door warmte te schenken aan verkilde mensen, door mensen met elkaar te verzoenen, door mensen te bevrijden van zaken als terreur of ingewortelde vreemdelingenhaat, door eerbied voor alwat leeft. Liefde: goede relaties met heel de schepping, vriendschap, broederschap; leven geven, ook al gaat het ten koste van jezelf.

Geloof en een hoop liefde
Geloof, hoop en liefde zetten je leven op het spoor naar God. Wanneer je op die manier leeft, heel gewoon en heel concreet, vertrouwvol de onbekende toekomst in kijkend, je verzettend tegen alwat dood en duister is door je in te zetten voor een andere wereld, belangeloos anderen toegedaan, wordt de onzichtbare God in jou zichtbaar. Niet Zélf. Hij verschijnt als jou. Want alles wat goed is en écht leven is, is Hij.

André Zegveld